Haken voor beginners: Wollen outdoor trui

“Een steek laten vallen, is zo erg nog niet. Gewoon even diep adem halen, een stukje uithalen en gewoon weer verder gaan. Dat is wat ik noem: “dubbel plezier.”

Bij een zelfvoorzienend leven hoort natuurlijk ook het maken van je eigen kleding. Ik ben ontzettend trots op de eerste trui die ik de afgelopen weken in elkaar heb gehaakt. Ondanks dat mijn ervaring in het haken niet zo groot is, was het patroon goed te doen.

Meten is weten

Ik merk al gauw dat het patroon dat ik van internet heb afgehaald niet overeen komt met de maten die worden genoemd. De dikte van je naald, diameter van de wol en hoe strak je de steken maakt zijn allemaal van invloed op het resultaat.

Dat is de rede waarom ik niet precies kan vertellen met hoeveel meter wol en steken je moet haken om een bepaalde maat of lengte te behalen. Het beste is om jezelf op te meten en zodra het kan te passen. Zo krijg jij de ideale trui die jij zo graag wilt.

Voor mijn XXL trui heb ik 12 bollen van 100 gram met verschillende kleuren gebruikt.

Dubbel plezier

Houd er rekening mee dat er een grote kans is dat je af en toe moet uithalen omdat je een steek hebt laten vallen. Denk niet van:”Laat maar zitten.”. Want daar zul je geheid spijt van krijgen omdat jij je blijft storen aan het niet juist gehaakte deel.

De benodigdheden

  • Schaar
  • Meetlint
  • haaknaald 6 mm
  • wol naar keuze

Het voorpand

Rij 1: Haak ongeveer 60 lossen (meet in cm voor je eigen maat)

Rij 2: 1 stokje in de eerste steek, 1 reliëfstokje voorlangs in de volgende steek, 1 reliëfstokje achterlangs in de volgende steek. Herhaal tot het einde alleen de reliëfstokjes om en om. 1 stokje in de laatste steek, 3 lossen en omdraaien.

Rij 3 en 4: 1 stokje in de eerste steek, en vervolg nu weer de beide reliëfstokjes om en om. Herhaal voor en achterlangs gelijk aan rij 2 die je hebt gehaakt. 1 stokje in de laatste steek, 3 lossen en omdraaien.

Je hebt nu de boord af, wil je een bredere boord herhaal dan Rij 3 net zolang tot je de juiste breedte hebt.

Herhaal nu iedere rij het volgende:

1 stokje in elke steek tot het einde, 3 lossen en omkeren. Herhaal dit tot ongeveer rij 40, meet voor jouw eigen maat en natuurlijk hoe langer je de trui wilt hoe meer rijen je moet haken.

De laatste 2 rijen haak je alleen stokjes aan de zijkant voor de schouders. 1 stokje in ongeveer 15 steken, 3 lossen en draaien. Doe dit aan beide kanten voor de schouders.

Het Achterpand

Herhaal het voorpand op de laatste 2 rijen na voor het achterpand. De laatste 2 rijen haak je het zelfde als alle rijen ervoor.

In elkaar zetten voor en achter pand

Leg de voor en achterpand op elkaar en naai beide zijdes aan elkaar. Begin onderaan en naai naar boven en laat ongeveer 18 cm open voor het mouwgat. Doe dit aan beide zijden.

Naai de schouders aan elkaar vast tot de schouders die je hebt gehaakt bij het voorpand.

Leer 200 steken haken

de haakbijbel boek

Zodra de dagen korter worden en de oogst binnen is gehaald, neem ik het boek van de planken. Ik verheug mij alweer op de winter. Heerlijk voor de openhaard met een bolletje wol en een paar haaknaalden.

De haakbijbel Met maar liefst 200 steken is een onmisbaar boek dat in de boekenkast hoort van zowel de beginnende als de gevorderde haker.

De halsboord

Begin in de eerste steek van de voorkant met ronde 1 te haken en haak in doorgaande rondes zonder halve vasten. Zorg dat je een even aantal hebt dat eerlijk om de hals is verdeeld.

Ronde 1: 1 reliëfstokje voor in de volgende steek, 1 reliëfstokje achter in de volgende steek. Herhaal dit tot je ongeveer 30 steken aan de voorkant hebt. 1 stokje in de volgende 5 lossen bogen. 1 reliëfstokje voor in de volgende steek, 1 reliëfstokje achter in de volgende steek. Herhaal dit tot je ongeveer 30 steken aan de achterkant hebt. 1 stokje in de laatste 5 lossen bogen.

Ronde 2-3: 1 reliëfstokje voor in de volgende steek, 1 reliëfstokje achter in de volgende steek. Herhaal dit tot het einde van de ronde.

Maak eventueel nog een extra ronde als je een bredere boord wilt.

Werk nu alle losse eindjes weg.

De mouwen

Hecht aan in de eerste steek van de oksel en laat een redelijk lange draad achter om later de oksel dicht te naaien. Je haakt in doorgaande rondes zonder vaste op het einde.

Ronde 1: 3 lossen (telt niet als steek), 1 stokje in de eerste steek, 2 stokjes in de volgende steek. Herhaal tot einde 1 stokje in de volgende steek, 2 stokjes in de volgende steek. Eindig met 2 stokjes in de laatste steek.

Ronde 2: 1 stokje in elke steek tot het einde.

Herhaal ronde 2 tot je de juiste lengte van de mouw hebt (zonder boord).

De pols boord

Ronde 1: 1 reliëfstokje voor in de volgende steek, 1 reliëfstokje achter in de volgende steek. Herhaal tot het einde

Ronde 2-3: Herhaal ronde 1, wil je een bredere boord blijf dan herhalen tot juiste breedte.

Naai nu alle losjes draadjes weg en naai de oksel dicht.

Share the love

Deze inhoud is eigendom van Back to basic Sweden.
Dupliceren is NIET toegestaan!!