
Oca afkomstig uit Zuid-Amerika en groeit in de Andes op zeer grote hoogte. Zesduizend jaar geleden werd deze al door de Inca’s gegeten.
Een makkelijk te groeien groente, met weinig onderhoud. Precies waar ik naar op zoek ben en besluit twee soorten uit te proberen dit jaar. White wonder en New Zealand, ik ben erg benieuwd of er een verschil in groei, opbrengst en smaak zal zijn.
Teeltwijze
Je poot de kleinste knolletjes van het jaar ervoor uit rond half mei, wacht tot de vorstperiode voor bij is. Omdat in Zweden de kou langer duurt en ook weer eerder begint plant ik ze voor dit eerste jaar in de tuinkas. De plant is namelijk vorst gevoelig en de knollen beginnen pas te groeien als de dagen korter worden dan 10-11 uur. Ben dan ook erg benieuwd of ze hier in Zweden een eetbaar formaat knol gaan produceren.
Bodem, bemesting, staanplaats
Oca is niet veeleisend, een losse bodem met een beetje compost en geef regelmatig water. Zorg er daarnaast voor dat deze plant op een zonnige plek staat.
Oogsten
Als het blad afsterft kan deze net als bij de Sint Jansui geoogst worden. Ze worden vaak na het oogsten een paar dagen in de zon gelegd om een iets zoetere smaak te krijgen. Het oxzaalzuur word dan omgezet in glucose. Laten we hopen dat we in de herfst een paar mooie zonnige dagen hebben.
Ze kunnen gekookt of gebakken gegeten worden, houd er rekening mee dat als je allergisch bent voor rabarber ook voor oca een allergie kan hebben. Het blad hoeft niet op de compost hoop want is gekookt ook eetbaar.